Skip to content

Rechtbank bevestigt miljoenenboete van DNB, met beperkte vermindering

Samenvatting

De rechtbank Rotterdam laat een boete van €3,1 miljoen aan een trustkantoor grotendeels in stand wegens schending van de Wtt 2018. De boete wordt wel iets verlaagd vanwege een te lange procedure.

26/06/2025

Rechtbank Rotterdam laat €3.125.000 boete grotendeels in stand

Op 12 juni 2025 heeft de rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure waarin De Nederlandsche Bank (DNB) een boete van €3.125.000 had opgelegd aan een trustkantoor (eiseres 1). De boete werd opgelegd wegens het overtreden van artikel 23, eerste lid, onder a, en artikel 27, tweede lid, onder a, van de Wet toezicht trustkantoren 2018 (Wtt 2018). Deze bepalingen verplichten trustkantoren om pas diensten te verlenen na het uitvoeren van een toereikend cliëntenonderzoek. Een gelieerde vennootschap (eiseres 2) sloot zich aan bij het beroep van eiseres 1.

De rechtbank oordeelde dat de DNB voldoende had aangetoond dat er sprake was van een overtreding van de Wtt 2018. Het trustkantoor had zijn verplichtingen met betrekking tot integriteit niet nagekomen, waaronder die met betrekking tot risicobeheersing en cliëntacceptatie. DNB kwalificeerde deze handelingen als "zeer ernstig" en legde de boete op conform haar boetebeleid. De rechtbank achtte dit passend gelet op de ernst van de overtreding.

Eiseres 2, die verbonden was aan het trustkantoor, kon de boete niet voorkomen. Haar betrokkenheid veranderde niets aan de verantwoordelijkheid van het trustkantoor zelf.

 

Matiging door het overschrijden van de redelijke termijn

Hoewel de inhoudelijke bezwaren zijn afgewezen, heeft de rechtbank toch vastgesteld dat de totale duur van de procedure te lang was. Hierdoor wordt de redelijke termijn, zoals is vastgelegd in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), overschreden. De rechtbank heeft daarom besloten om de boete te verlagen tot €3.075.000,-. 

Deze beslissing bevestigt dat toezichthouders als DNB aanzienlijke boetes kunnen opleggen bij ernstige schending van integriteitsverplichtingen volgens de Wtt 2018. Tegelijkertijd benadrukt het dat procedures binnen een redelijke termijn moeten worden afgerond.

Tags